De behandeling in het kort
Nadat u gestoken bent door een wesp kunt u last krijgen van netelroos op afstand van de steekplaats. Ook kunt u last hebben van (heftige) jeuk en zwelling over uw hele lichaam, moeilijkheden bij het ademen of slikken, misselijkheid, braken, duizeligheid, een gevoel van wegraken of verlies van bewustzijn. Misschien heeft u last van een wespenallergie. Iedereen kan een allergie voor wespen ontwikkelen. De kans hierop wordt groter naarmate u vaker gestoken wordt. De allergische verschijnselen na een wespensteek kunnen per persoon verschillen. Deze klachten kunnen binnen enkele minuten na de steek ontstaan, maar kunnen ook twintig tot zestig minuten na de steek optreden.
Uw huisarts heeft de reactie op de wespensteek bekeken en doorverwezen naar de polikiniek allergologie. De allergoloog voert een aantal tests uit om te kijken of u allergisch bent.
U bent doorverwezen naar onze afdeling allergologie. Hier krijgt u een EpiPen of immunotherapie. Afhankelijk van het soort behandeling moet u een dag in het ziekenhuis blijven of kunt u meteen weer naar huis.
1. EpiPen
Een EpiPen is een grote pen, waar een spuitje met adrenaline in zit. Op de pen zit een beschermdopje. Als u na een steek van een wesp een uitgebreide allergische reactie heeft gehad, raden we u aan deze EpiPen altijd bij u te dragen. Direct na de steek, haalt u het beschermdopje van de pen en wacht u uw reactie op de steek af. Zodra u na de steek benauwd wordt of het gevoel krijgt weg te raken, zet u de pen op uw been en zal de adrenaline via het spuitje binnendringen. Daarna moet u zo snel mogelijk een dokter waarschuwen, die zo nodig voor verdere behandeling zorgt.
2. Immunotherapie (desensibiliseren)
Immunotherapie is een injectiekuur, waarbij u gedurende enige tijd gezuiverd wespengif krijgt ingespoten. Een ander woord hiervoor is desensibiliseren. Het doel is om iemand immuun te maken voor wespengif. De behandeling bestaat uit een instelfase en een onderhoudsfase. Bij ons vindt de instelfase in principe altijd plaats in het ziekenhuis.
De instelfase
U wordt een dag opgenomen. Deze dag krijgt u zes injecties met telkens een uur tussenpoos. In de namiddag kunt u naar huis. Daarna krijgt u elke week, in het ziekenhuis, steeds wat meer gif ingespoten. Na iedere injectie moet u een half uur wachten voordat u naar huis kunt gaan.
De onderhoudsfase
Na 6 tot 8 weken, afhankelijk van de bijwerkingen, begint de onderhoudsfase. Deze injecties krijgt u een keer in de 4 weken. Dit kan eventueel ook bij de huisarts gebeuren. Ook nu moet u na iedere injectie een half uur wachten voordat u naar huis kunt gaan. De onderhoudsfase duurt 3 jaar. Zodra u de onderhoudsfase heeft bereikt, loopt u evenveel risico op een allergische reactie als de gemiddelde Nederlander. En als er een reactie optreedt, ontstaan er hooguit verschijnselen van de huid.
X