Traumachirurg Robert Jan Derksen ziet veel gebroken polsen, enkels, sleutelbenen en heupen binnenkomen in het ZMC. Letsel dat in veel gevallen voorkomen kan worden door beschermingsmiddelen als helmen en polsbeschermers te dragen.
Robert Jan: “Midden in coronatijd was het in een weekend prachtig winterweer. Iedereen was eraan toe om een paar uurtjes buiten te zijn. Massaal bonden de mensen hun schaatsen onder waardoor er veel mensen op de spoedeisende hulp terecht kwamen. Zó veel dat er nog drie weken daarna gebroken polsen geopereerd werden. Op het laatst was het duwen en trekken om nog aan de laatste polsplaatjes en schroefjes te komen. In dat weekend kreeg het ZMC 47 polsbreuken binnen, terwijl we er doorgaans vijf per weekend hebben. Deze polsbreuken hadden in veel gevallen voorkomen kunnen worden door het dragen van polsbeschermers.
Hersenletsel
Ik wil niet alleen pleiten voor polsbeschermers, maar ook voor helmen. Als je hard op je hoofd valt loop je een groot risico op (ernstig) hersenletsel. Wij noemen dat neurotrauma. Hersenweefsel is kwetsbaar en er kan vaak weinig voor de patiënt gedaan worden als dit weefsel beschadigd is. Zelfs bij een hersenschudding is er kans op blijvende schade. Je moet dan denken aan concentratiestoornissen, hoofdpijn en depressie.
Nooit meer 100% na een breuk
Wat wij het meeste zien en behandelen zijn mensen met gebroken polsen, gebroken sleutelbenen en de gebroken heupen (vooral bij oudere mensen). Wat mij opvalt is dat mensen de gevolgen van het letsel onderschatten. Bij een breuk denken ze vaak dat ze na de operatie even in het gips moeten en dat ze daarna weer direct de oude zijn. Maar dat is niet zo. Eenvoudige breuken kunnen we vaak weer helemaal anatomisch repareren zodat er weer voor 95% functie is, maar het wordt nooit meer 100%.
Bij sommige patiënten met complexe letsels is zelfs een extra operatie nodig omdat ze klachten blijven houden. In de eerste plaats vervelend voor de patiënt zelf, maar voor mij is het een mooie uitdaging om ervoor te zorgen dat deze patiënt minder pijn heeft. Of om ervoor te zorgen dat de patiënt diens pols, schouder of enkel weer beter kan gebruiken.
Kinderen
Bij kinderen is het net iets anders. Bij hen helen botten en gewrichten over het algemeen makkelijker dan bij volwassenen. Maar ze hebben een grotere kans op het krijgen van letsel omdat ze minder goed opletten in het verkeer en omdat ze makkelijker over het hoofd gezien worden. Daarom moet je ze extra goed beschermen door ze een helm op te zetten bij het fietsen en pols- en kniebeschermers te laten dragen bij het steppen of rolschaatsen. Maar ondanks dat volwassenen beter uitkijken, is mijn oproep dat jong én oud een helm opzet bij het fietsen, skaten, skiën, schaatsen, enzovoorts. Zo voorkomen we veel onnodig leed.
Agenda van de minister
In mijn functie als traumachirurg ben ik ook bestuurslid van de Nederlandse Vereniging voor Traumachirurgie. Wij zien preventie als een van onze taken en proberen het belang hiervan bij de minister op de agenda te krijgen zodat preventie ook landelijk meer aandacht krijgt.”