Al bijna 25 jaar is Wietske Wijnja verpleegkundige. Ze werkt als specialistisch long- en oncologieverpleegkundige in het Zaans Medisch Centrum. Door de oplopende besmettingen is de longafdeling voor de tweede maal dit jaar opgeschaald met extra covid-bedden. Wietske vertelt over haar werk op deze speciaal ingerichte covid-kliniek in het ZMC. Na de coronapiek dit voorjaar blies Wietske even uit tijdens een vakantie in Frankrijk. Wietske: “Terwijl ik op de camping was met mijn gezin speelde die onzekerheid wel steeds in mijn achterhoofd: je hoopt natuurlijk van niet, maar ik was wel al bang voor een nieuwe golf.”
“Het is nu wel anders dan in de eerste golf. Een deel van de gewone zorg is uitgesteld, maar niet zoals toen. Toen was de reguliere zorg helemaal stop gezet. Ik hoop dat het dit keer niet nodig zal zijn. Ik werk nu afwisselend aan de covid kant of aan de niet-covid kant. De zorg voor coronapatiënten is veel intensiever. Dan kun je minder patiënten onder je hoede nemen. Daarom hebben we de hulp van collega’s van andere afdelingen hard nodig.”
“Die eerste golf kwam heel plotseling. Het begon met twee patiënten en ineens was er een hele gang met coronapatiënten. Op onze afdeling kwamen er aparte coronakamers. Je moest je voor elke patiënt omkleden met persoonlijke beschermingsmiddelen: maskers, schorten etc. Totdat het zoveel patiënten waren, dat het geen doen meer was. De gang werd daarom afgesloten. Je liep vanaf toen alleen nog de gang in met beschermende kleding. Dat scheelde tijd en materiaal.”
De zorg voor coronapatiënten is niet alleen fysiek zwaar vanwege de beschermende kleding, maar het vraagt ook mentaal veel van zorgmedewerkers. Wietske vertelt: “Onze patiënten kunnen zomaar ineens heel ziek worden. Van het voorjaar waren er soms nachten waarin er drie of vier patiënten overleden. Dat gaat je niet in je koude kleren zitten. Voor de medewerkers staat er daarom een team psychologen en andere hulpverleners standby. Het is nu afwachten wat er iedere dag op je afkomt. Het belangrijkste is om er met elkaar over te praten, met je collega’s en met de steun van psychologen. Als je na drie diensten merkt dat het te zwaar wordt, overleg je dit. Dan werk je even met andere patiënten, terwijl een collega jouw plekje inneemt. Die vrijheid is er ook.”
“Dit keer zijn we beter voorbereid op een grote instroom van covid-patiënten. We weten wat er moet gebeuren. In de eerste golf was er gebrek aan beschermingsmiddelen. Nu zijn er voldoende maskers voor de komende maanden. En in het ZMC hebben ze een methode ontwikkeld om maskers te steriliseren waardoor hergebruik mogelijk is. Gelukkig is er ook iets meer verbetering in de medicatie.”
“Het lastigste vind ik dat patiënten geen bezoek krijgen. We zijn in het voorjaar begonnen met twee keer per dag te bellen met de familie van onze patiënten. Dat wordt echt gewaardeerd, dat horen we ook nu weer. Nu zijn er veel besmettingen in de Randstad. In het voorjaar waren er ook patiënten overgebracht uit Brabant. Door samen met patiënten te videobellen konden zij hun familieleden toch zien en spreken. Om daar bij te zijn is heel intiem. Het is mooi dat we er op dat moment wel voor ze kunnen zijn.”
“Iets positiefs dat ik heb meegenomen van de voorgaande piek is dat ik veel collega’s van andere afdelingen, specialismes en poliklinieken heb leren kennen. Collega’s waar je normaal niet zo veel mee samenwerkt. Nu ik ook deel uitmaak van het beleidsteam corona zie ik nog meer hoe ook directie, managers en artsen zich inzetten om ons op de afdelingen de zorg te kunnen laten leveren. Een dagelijkse puzzel om voldoende bekwaam personeel op alle afdelingen te hebben en ook zoveel mogelijk de zorg aan onze 'gewone' patiënten door te laten gaan. We doen het als ziekenhuisbreed team met elkaar, daar halen we ook energie uit.”
Dat het teamgevoel groot is bleek ook uit het enthousiasme waarmee het zorgpersoneel zich stortte op de Jerusalema Challenge: een lied waar zorgmedewerkers wereldwijd op dansen en omarmen als het lied van hoop in de corona pandemie. “We hebben het fijn met elkaar en we werken op een mooie plek. De dans versterkte nog eens de positieve vibe die er bij ons is.”